Home
Podium
Politiek
Religie
Hindoeisme
Islam
Suriname
India
Liefde
Jongeren
Literair
Poezie
Zeepkist
Gastenboek
Links
Disclaimer
Contact
Kritisch Podium DewanandHindoeisme
Portret van een Hindoe Fundamentalist
Offeraar Dewanand
Offercode art094
Offerdatum donderdag 13 november 1997
Iedereen krijgt een vervelende bijsmaak bij het woord
fundamentalist. Eens beschuldigde een blanke Nederlandse jongen van de Jovd
mij van Hindoe fundamentalisme. Zo zag hij mij en daarom mocht hij mij niet.
Maar hij kende mij niet goed. Zijn verwijt heeft mij sedertdien flink aan
het denken gezet. Ben ik nu echt een Hindoe fundamentalist, en zo ja, waarom
wel, zo nee, waarom niet? Deze vraag achtervolgt mij al enkele jaren. Nu
heb ik het gevoel dat ik het antwoord weet. Daarom schrijf ik dan nu dit
artikel. Het geeft een portret van een Hindoe fundamentalist. Als niet-deskundige
weet ik echter dat mijn visie niet perfekt is, maar geen enkele menselijke
visie kan perfekt zijn, omdat mensen toch beperkte en gebonden wezens zijn,
en 24 uur per dag onder de invloed van de drie guna’s staan.
Het Hindoeďsme is echt de oudste religie ter wereld. Momenteel is het duidelijk dat het ook een bloeiende is. Er verschijnen iedere week nieuwe boeken over de oeroude en oneindige Vedische filosofie, en de meeste schrijvers zijn intelligente blanke Westerlingen, die een beetje gelezen hebben in de Vedas. Dit soort ontwikkelingen zijn echt ongelooflijk en kenmerken het begin van een nieuw tijdperk voor het Hindoeďsme. Zelf ben ik vrij laat begonnen met het bestuderen van de Hindoeďstische geschriften, maar het verrast mij dat het resultaat zeer positief is. De duisternis uit mijn verleden heeft nu plaats gemaakt voor licht, goedheid en innerlijke stabiliteit. Nu twijfel ik minder aan mijzelf, omdat ik een geloof heb en daardoor sterker sta op de wereld. Vroeger leed ik aan minderwaardigheidscomplexen, die nu gelukkig geminimaliseerd zijn.
Hindoe fundamentalisme is niets nieuws op deze wereld, want deze religie bestaat al 10.000 jaar. Iemand die zich strikt houdt aan Hindoeďstische leefprincipes kan inderdaad beschouwd worden als een Hindoe fundamentalist. Maar de vraag rijst dan aan welke principes hsij zich houdt en hoe zich dat in de dagelijkse praktijk uit. Hieronder zal ik systematisch een beeld schetsen van mogelijke Hindoeďstische leefprincipes. Daarna zal ik een analyse houden van typische beroepen van een Hindoe fundamentalist. Zelfonderzoek is een van de basisprincipes in het Hindoeďstisch denken. Filosofisch onderzoek is zelfs een plicht van iedere gelovige Hindoe-fundamentalist.
Een principe in het Hindoeďsme is: “geen andere levende wezens schade of leed berokkenen”. Dat is slecht voor het eigen karma. Het gaat om het ahimsa principe.
Hieronder enkele verzen uit het Srimad Bhagavatum.
S.B., Vers 1.13.22 Je bent blind vanaf je geboorte
en de laatste tijd ben je ook hardhorend geworden. Je geheugen wordt zwak
en je verstand is in de war. Je tanden en kiezen zitten los, je lever
werkt niet goed meer en je hoest slijm op.
S.B., Vers 1.13.23 Helaas, hoe hevig hoopt het
levend wezen zijn bestaan te kunnen rekken. Je lijkt waarachtig wel een
huishond, die de voedselresten opeet die Bhima je geeft.
S.B., Vers 1.13.24 Het is nergens voor nodig een
verworden bestaan te leiden en op de barmhartigheid te teren van degenen
die je door brandstichting en vergiftiging hebt geprobeerd te doden. Ook
heb je hun echtgenote onteerd en je van hun koninkrijk en rijkdom meester
gemaakt.
S.B., Vers 1.7.37 Een wreed en ellendig persoon
die zijn bestaan rekt ten koste van het leven van anderen verdient het
om voor zijn eigen bestwil gedood te worden, anders gaat hij door zijn
eigen daden te gronde.
Hieronder een vers uit de Bhagavad Gita.
Vers 2.5 Men kan in deze
wereld beter leven als bedelaar dan ten koste van het leven van de grote
zielen die mijn leraren zijn. Ook al worden ze door hebzucht gedreven,
het blijven mijn leraren. Als ze gedood worden, is onze zege bezoedeld
met bloed.
Uit deze verzen blijkt duidelijk dat leven ten koste van anderen ten strengste afgekeurd wordt door de geschriften. Dit betekent dat een Hindoe fundamentalist nooit moet leven ten koste van anderen, ook al wat er gebeurd. Het belang van de ander moet dus centraal staan. Andere levende wezens schade berokkenen wordt dus niet getolereerd. Het hele leven moet in het teken staan van het niet doen van enig kwaad. Het eigen leven rekken ten koste van anderen is niet goed en dient altijd vermeden te worden. Anderen in dit leven schade berokkenen is zeer slecht voor het eigen karma. En men zal in dit leven nog de negatieve gevolgen ervan aan den lijve ondervinden.
Het dienen van Altecrea (acroniem van “Almachtige of Allerhoogste Technische Kreator”) staat centraal in het leven van een Hindoe fundamentalist. Dit kan op verschillende manieren tot uiting komen. Dienen betekent vaak opoffering en afzien van stoffelijke lusten. Ieder levend wezen dient op de een of andere wijze een andere. Dit staat in de Bhagavad Gita. Een mens kan ernaar streven om de hele schepping te dienen, door zich zodanig te ontwikkelen dat hsij dat ook kan verwezenlijken. De eigen inzet staat daarbij centraal. Bij dit dienen is geen enkele beloning genoeg, vooral als het stoffelijk is. Het gaat om het offeren van het zelf, ten bate van de andere levende wezens op aarde. Iemand die zo denkt, zal merken dat hsij heel andere oplossingen ziet voor complexe problemen, en erin zal slagen om ieder doel te bereiken.
Het één voelen met de hele schepping van Altecrea is ook een
basiskenmerk van een Hindoe fundamentalist. Via het eigen atma is ieder
levend wezen verbonden met alle andere vormen van leven. Dit dient beseft
te worden. Er zijn dan geen grenzen tussen het zelf en de ander. Eigenbelang
kan dan gezien worden als een pure illusie en kan gezien worden als maya
en begoocheling. Het besef dat ieder levend wezen een manifestatie is
van een atma en leeft met een specifiek doel is een wezenlijke stap in
het één voelen met de hele schepping. Altecrea schept steeds opnieuw en
zal niet rusten. Ieder leven is waardevol en dient altijd gerespekteerd
te worden. Dit zijn echte basisprincipes, die aktief nageleefd dienen
te worden.
Het eigen leven offeren aan Altecrea. Een slaaf van de Allerhoogste
zijn, en slechts kruimeltjes als beloning willen. Altijd tevreden zijn
met ieder resultaat, goed of slecht, omdat men niet gehecht is aan het
resultaat. Laat dingen zichzelf ontwikkelen, denk je dan, terwijl je je
werk doet. Het is Altecrea zelf die jou leidt en die ervoor zal zorgen
dat je leven zin zal krijgen en dat jij het punt van ananda, eeuwige gelukzaligheid,
zal bereiken. Iemand die zichzelf offert aan Altecrea, leeft voor het
welzijn van de hele aardse wereld en weet dat het geen zin heeft om naar
iets te streven, dat gewaardeerd wordt door de wereld. Er moet gestreefd
wordt naar waarden die door Altecrea gewaardeerd worden. Een zuiver hart,
een rein geweten en een zuiver bewustzijn zijn zaken die hieronder vallen.
T.a.v. het offeren staat het volgende in de Bhagavad Gita:
Vers 4.30 Al deze yogi’s, die weten wat offeren
betekent, worden verschoond van de terugslagen van hun zonden en nadat
ze de nektar hebben geproefd van wat er van de offergaven overblijft,
gaan ze binnen in de allerhoogste, eeuwige sferen.
Vers 4.31 O beste van de dynastie der Kuru’s,
wie niet offert kan nimmer gelukkig zijn op deze planeet of in dit leven
- laat staan in het volgende.
Vers 4.32 Al deze verschillende vormen van offeren
worden aanbevolen in de Veda’s en alle worden ze geboren uit verschillende
vormen van werk. Weet je dit, dan zul je worden verlost.
Vers 4.33 O tuchtiger van
de vijand, het offeren van kennis is hoger dan het offeren van aardse
goederen. O zoon van Partha, uiteindelijk stijgt het offeren van werk
ten top in bovenzinnelijke kennis. Volgens deze verzen blijkt duidelijk
dat een mens alleen door te offeren gelukkig kan worden in dit tijdperk.
Maar tegenwoordig willen mensen alleen maar simpele offers brengen aan
de Allerhoogste en dan denken zij dat dat zo wel genoeg zal zijn. Mensen
letten heel sterk op de materiële prijs van een offer, maar realiseren
zich niet dat een stoffelijk offer lager staat in de ogen van Altecrea.
Iemand die kennis offert let niet op de materiële prijs, omdat kennis
onbetaalbaar is. Het offeren van werk is iets wat zeer moeilijk is voor
velen, omdat er dan vaak veel geld en tijd bij gemoeid zijn. Mensen hebben
tegenwoordig geen tijd meer en willen niet veel geld aan Altecrea besteden.
Een Hindoe fundamentalist moet dus goed weten wat offeren is en wanneer
het wel en niet zin heeft. Ieder offer moet gedaan worden zonder er enige
beloning in dit leven voor terug te willen. Onbaatzuchtige handelingen,
in de geaardheid goedheid, kunnen ook gezien worden als zeer verheven
offers, vooral als deze in het belang van weerlozen, zoals baby’s, zijn.
Vorig jaar had ik tijdens een mandirdienst kennis
geofferd in plaats van geld. Ik had een stuk papier op de offerschaal
gelegd, waarop een nieuwe psychologische theorie van mij opgeschreven
was. Een paar dagen later kreeg ik nieuw inzicht in deze theorie. Dit
bewijst dat het offeren van kennis hoger is dan het offeren van materiele
goederen of geld.
Een Hindoe fundamentalist moet een bepaald beroep uitoefenen.
Hsij moet namelijk werken. De Bhagavad Gita zegt hierover het volgende:
Vers 3.8 Doe je voorgeschreven plicht, want werken
is beter dan niets doen. Een mens kan niet eens zijn lichaam onderhouden
zonder te werken.
Vers 3.9 Werk als offer aan Vishnu opgedragen,
moet worden verricht, anders bindt werk ons aan de stoffelijke wereld.
Vervul daarom je voorgeschreven plicht om Zijnentwil, O zoon van Kunti,
en aldus zul je altijd onthecht en vrij van gebondenheid blijven.
Het kiezen van een beroep kan echter moeilijk zijn.
Een richtlijn hierbij kan zijn dat andere levende wezens geen direkte
schade kunnen ondervinden door de werkzaamheden. Typische beroepen van
een Hindoe fundamentalist kunnen bijvoorbeeld zijn:
schrijver, filosoof, theoreticus, programmeur, belegger, ontwerper, technoloog,
designer, kledingmaker, bedelaar, milieudeskundige, analyticus, strategist,
ingenieur, rishi, onbaatzuchtig denker, systeemanalist, systeembeheerder,
financieel adviseur, marketmaker, historicus, socioloog, taalkundige,
archeoloog, laborant, enz.
Er zijn natuurlijk beroepen die een Hindoe fundamentalist op principiële gronden nooit zal uitoefenen. Voorbeelden van beroepen die absoluut taboe zijn:
houthakker, jager, slager, moordenaar, oplichter, drugsdealer, visser, soldaat, militair, arts die abortus of euthanasie uitvoert, termijnhandelaar in slachtvee, pluimveeteler, landbouwer, oogster van landbouwgewassen, waarbij de gehele plant wordt gedood, enz.
Vanuit het oogpunt van onthechting zijn de volgende beroepen niet aan te raden voor een Hindoe fundamentalist:
detailhandelaar, politicus, marktverkoper, valsspreker, competitief sporter, reclame maker, uitbuiter, slavendrijver, slavenhandelaar, dierenhandelaar, vrouwenhandelaar, enz.
Dit artikel is slechts een korte blik op het begrip Hindoe fundamentalisme. Een basiskenmerk is absolute vreedzaamheid en onthouder van alle vormen van geweld. Geen enkele handeling mag ten koste gaan van een ander levend wezen. De lezer(es) wordt aangeraden er eens zelf over na te denken. Reakties zijn van harte welkom.
Nu volgt een gedicht (reg. Code S143) over een echte Hindoe Fundamentalist.
***
“Een Hindoe Fundamentalist:”
Is iemand die leeft
En laat leven
Is iemand die groeit
En laat groeien
Is iemand die bloeit
En laat bloeien
Is iemand die inspireert
En anderen kan inspireren
Is iemand die dient
En anderen leert dienen
Is iemand die boeit
En anderen leert boeien
Is iemand die roeit
En anderen leert roeien
Is iemand die geeft
En anderen leert geven
Is iemand die eert
En leert om te eren
Is iemand die werkt
En leert om te werken
Is iemand met kennis
En die kennis weggeeft
Is iemand die offert
En leert offeren
Heeft een sterk geloof
Leert je waarlijk te geloven
***
Oneindige goedheid is een ander basiskenmerk van een Hindoe
fundamentalist. In de Bhagavad Gita staat hierover het volgende:
Vers 14.5 De stoffelijke natuur bestaat uit de
drie geaardheden - goedheid, hartstocht en onwetendheid. Wanneer het onvergankelijk
levend wezen met de natuur in aanraking komt, raakt het door deze geaardheden
gekonditioneerd.
Vers 14.6 O zondeloze, de geaardheid goedheid,
die zuiverder is dan de beide ander, verlicht het levend wezen en bevrijdt
het van de terugslagen van zijn zondig doen en laten. Degenen die zich
in deze geaardheid bevinden ontwikkelen kennis, maar raken gebonden door
het geluksgevoel waarmee goedheid gepaard gaat.
Vers 14.9 De geaardheid goedheid bindt het levend
wezen aan geluk, hartstocht bindt het aan de vruchten van zijn doen en
laten, en onwetendheid bindt het aan waanzin, O zoon van Bharata.
Vers 14.10 Nu eens heeft de geaardheid hartstocht
de overhand en verdrijft de geaardheid goedheid, O zoon van Bharata. Dan
weer verdrijft de geaardheid goedheid de hartstocht, en ook kan de geaardheid
onwetendheid zowel goedheid als hartstocht verdrijven. Zo is er altijd
strijd om de heerschappij.
Vers 14.11 Wanneer door alle poorten van het lichaam
het licht der kennis binnendringt, kan men ervan verzekerd zijn dat de
geaardheid goedheid zich openbaart.
Vers 14.14 Sterft men in de geaardheid goedheid,
dan bereikt men de zuivere, hogere planeten.
Vers 14.16 Door te handelen in de geaardheid goedheid
raakt men gelouterd. Werk dat men doet in de geaardheid hartstocht leidt
tot verdriet, en aktiviteiten in de geaardheid onwetendheid leiden tot
dwaasheid.
Vers 14.17 Uit de geaardheid goedheid ontwikkelt
zich werkelijke kennis; uit de geaardheid hartstocht ontwikkelt zich verdriet;
en uit de geaardheid onwetendheid ontwikkelen zich dwaasheid, waanzin
en begoocheling.
Vers 17.8-10 Voedsel in de geaardheid goedheid
verlengt de levensduur, loutert het bestaan en schenkt kracht, gezondheid,
geluk en voldoening. Dergelijk voedzaam voedsel is zoet, sappig, vet en
smakelijk. Voedsel dat te bitter, te zuur, zout, scherp, droog en heet
is wordt graag gegeten door mensen in de geaardheid hartstocht. Dergelijk
voedsel veroorzaakt pijn, verdriet en ziekte. Voedsel dat langer dan drie
uur gekookt is voordat het gegeten wordt, dat smakeloos is, oudbakken,
dat stinkt, uit elkaar valt en onrein is, wordt graag gegeten door mensen
in de geaardheid onwetendheid.
Vers 17.11 Van alle offers is het offer dat plichtsgetrouw
en volgens schriftuurlijke bepalingen gebracht wordt, zonder dat men er
beloning voor verwacht, in de geaardheid goedheid.
Vers 17.20 Die gave welke gegeven wordt uit plicht,
te juister tijd en plaats, aan iemand die het waard is, zonder dat men
er iets voor terug verwacht, wordt beschouwd als barmhartigheid in de
geaardheid goedheid.
Vers 18.26 De handelende persoon die vrij is van
alle stoffelijke gebondenheid en vals ego, die geestdriftig en vastberaden
is en onverschillig staat tegenover slagen of falen, werkt in de geaardheid
goedheid.
Vers 18.36-37 O beste der Bharata’s, wil nu luisteren
naar wat Ik je te zeggen heb over de drie vormen van geluk die de gebonden
ziel geniet en waardoor ze soms de beëindiging van alle verdriet bereikt.
Wat in het begin vergift schijnt te zijn, maar aan het eind nektar, en
ons tot zelfverwerkelijking brengt, wordt geluk in de geaardheid goedheid
genoemd.
Uit tekst uitleg. Srimad-Bhagavatam (Bhag. 1,2: 17-21):
“Over Krishna horen uit de
Vedisch geschriften of rechtstreeks van Hem horen door de Bhagavad-Gita
is op zichzelf rechtvaardige aktiviteit. En voor degeen die over Krishna
hoort, handel Heer Krishna, die woont in ieders hart, als vriend die ons
het beste wenst, en reinigt de toegewijde die zich voortdurend bezighoudt
met luisteren. Op deze wijze wekt de toegewijde vanzelf zijn sluimerende
bovenzinnelijke kennis. Naarmate hij uit het Bhagavatam en van de toegewijden
meer over Krishna hoort, raakt hij steeds meer veranderd in ‘s Heren toegewijde
dienst. Tijdens de ontwikkeling van zijn toegewijde dienst wordt men bevrijd
van de geaardheden hartstocht en onwetendheid, en zo worden stoffelijke
lust en hebzucht verminderd. Wanneer deze onzuiverheden worden uitgewist,
bevindt de kandidaat zich evenwichtig in de positie van zuivere goedheid,
raakt geestdriftig door toegewijde dienst en krijgt een volmaakt begrip
van de wetenschap Gods. Zo klieft bhakti-yoga de harde knoop van onze
stoffelijke gehechtheid en stelt ons in staat ineens tot het peil te komen
van asamsayam samgram, het begrijpen van de Allerhoogste Absolute Waarheid,
de Persoonlijkheid Gods.”
Deze verzen over goedheid vertellen heel veel. Er
staat in de Bhagavad Gita veel meer over de geaardheid goedheid. Een Hindoe
fundamentalist dient ernaar te streven om continu onder invloed van deze
guna te staan.
Home
Podium
Politiek
Religie
Hindoeisme
Islam
Suriname
India
Liefde
Jongeren
Literair
Poezie
Zeepkist
Gastenboek
Links
Disclaimer
Contact
Kritisch Podium DewanandHindoeisme
Alle rechten voorbehouden; All rights reserved
|